donderdag 3 juli 2014

Conchita Wurst: over genderdiversiteit en transgenderidentiteit

Conchita Wurst is een fenomeen. Voor wie het moest ontgaan zijn: het Eurovisiesongfestival werd in mei dit jaar gewonnen door een “vrouw met een baard”. Ik vond het een sterk nummer met een hoog James Bond gehalte, een sterke performance, kristalhelder gezongen ook, maar het valt niet uit te sluiten dat ook andere factoren gespeeld hebben.

Naast de jaarlijks terugkerende clichés over wat voor circus het songfestival is geworden, en hoe weinig het nog met muziek van doen heeft, deed er zich dit keer nog iets anders voor. Met verbazing stelde ik immers vast dat ook binnen mijn familie en vriendenkring er veel verwarring was over waar we nu weer mee te maken hadden. Was het een man, een vrouw, een grap, een flauwe provocatie en/of een politiek statement? Conchita is inderdaad geen typisch rolmodel voor de holebigemeenschap, en ook mijn holebivrienden konden Conchita niet plaatsen: ik hoorde termen als drag queen, travestiet, en nog veel meer, al dan niet begeleid met gegniffel. Net nu we min of meer gewend zijn aan de transseksueel, blijkt het allemaal nog ingewikkelder te kunnen. Ook voor mij, ook voor homo's, blijkbaar.

Dana International, dat was een vrouw, want zij was geopereerd. Conchita dat is een man, want hij onderging geen geslachtsoperatie. En omdat hij een vrouw uitbeeldt, is het een travestiet. Toch?

Conchita is niet in één hokje te plaatsen, en dat is precies wat de bedoeling was. Conchita maakt duidelijk dat er veel meer is dan alleen man en vrouw, en zet zo de deur open naar een debat over genderdiversiteit en transgenderidentiteit. De gemiddelde hetero, homo, lesbo of transseksueel zal aan zijn/haar verschijning misschien geen voorbeeld nemen, er zelfs zich niet in herkennen. En dat hoeft ook niet. Maar als we nu eens met zijn allen zouden erkennen dat er zoveel meer mogelijke genderidentiteiten en expressievormen zijn dan enkel man of vrouw? Sommigen begeven zich in een zone tussen vrouw en man in. Ze combineren mannelijke en vrouwelijke kenmerken, zien zich als man én vrouw of net als geen van beide en wensen zich doorgaans niet te laten begrenzen door binaire verwachtingen.
De meesten onder ons hebben er doorgaans geen last van, maar in onze cultuur wekt sekse nogal wat verwachtingen. Als je als meisje geboren wordt, wordt verwacht dat je je ook zo zult voelen, dat je je kleren, gedrag, je houding, zelfs je taal daaraan zult aanpassen, en dat je een jongen als partner zult kiezen. Zelfs mensen die we niet kennen, delen we bliksemsnel in bij ‘vrouw’ of ‘man’, terwijl we hun verschijning, gedrag en gevoelens gaan voorspellen of beoordelen op basis van waar we ze indelen. Maar ben ik minder man omdat ik op mannen val? Of omdat ik een rok draag? Natuurlijk niet, en daarom vond ik het zo jammer om het fenomeen Conchita gereduceerd te zien tot een “vrouw met een baard”-stunt, ook op het VRT nieuws trouwens. Dus: is het een vrouw met een baard? Is het een man in een jurk? Vragen die kunnen beantwoord worden met een andere vraag: is het belangrijk? En vandaar dus dit stukje.

Tot slot: in Brussel bestaat er al sinds 2001 een vereniging die Genres d’à Côté heet, zichzelf “queer” noemt en die de genderdiversiteit en transgenderproblematiek die ik hierboven beschreven heb al jaren onder de aandacht brengt, onder meer met een jaarlijks filmfestival Pink Screens en maandelijkse cineclubs. Kom zeker eens langs. Voor wie liever eerst wat leest bracht het Vlaams Ministerie van Gelijke kansen in december 2013 een infobrochure uit over de thematiek: hiervoor klikt u hier.