zaterdag 8 december 2012

Voor Europa! Debout l'Europe!

BOZAR ontving deze week Daniel Cohn-Bendit en Guy Verhofstadt voor een debat over hun boek "Voor Europa!, een manifest over een Europa in crisis" dat in zes talen is verschenen bij de grootste Europese uitgevers.

Verhofstadt kende ik wel, Daniel Cohn-Bendit niet en eigenlijk is dat een schande. Want in 2010 was hij een van de medeoprichters van de Spinelli Group, die ijvert naar een federaal Europa. Hij richtte de groep op met Guy Verhofstadt, Isabelle Durant en Sylvie Goulard. Beroemde leden zijn Jacques Delors, Mario Monti, Joschka Fischer, Andrew Duff en Elmar Brok. Eerder, in 2002, werd hij fractievoorzitter van de Europese Federatie van Groene Partijen. Cohn-Bendits soms controversiële standpunten zijn door zowel de linker- als de rechterzijde van het politieke spectrum bekritiseerd. Door rechts vanwege het vrijere immigratiebeleid dat hij voorstaat, de legalisering van softdrugs en het afschaffen van kernenergie; door links om zijn vrije-marktdenken en zijn steun voor de militaire interventies in Bosnië en Afghanistan. Net als Verhofstadt zelf een kleurrijke figuur, ook op politiek vlak.

Anyway. Als twee bezetenen verdedigden ze hun overtuiging van het nut van, nee, de nood aan een federaal Europa. Zeventienhonderd mensen vulden de grote Henry Le Boeuf zaal van de Brusselse Bozar. Een echt debat werd het niet. Daarvoor zijn Verhofstadt en Cohn-Bendit het te vaak eens over de toekomst van Europa, over meer Europa. Woest werden ze ook nooit, maar meer dan eens sloeg toch de stem over. Van enthousiasme. Van overgave.

Conclusie van beide heren: het Europa van vandaag werkt niet. Ze vulden de hele Bozar met argumenten. Vaak grappend ook. "Leg mij eens uit waarom wij 27 Europese ambassadeurs moeten hebben in Kuala Lumpur?", vroeg Cohn-Bendit.

Ik hoefde niet meer overtuigd te worden, maar het was echt een verademing nog eens politici hun ideeën zo met verve te horen verdedigen. Dank u nogmaals, Bozar.

Het debat vind je integraal hieronder, het boek is verschenen in het Nederlands bij De Bezige Bij Antwerpen, 160 blz., en kost 15 euro. In 't Frans verschenen als "Debout l'Europe!"

zaterdag 13 oktober 2012

Melk is goed voor elk!

Wikipedia zegt: "Milk Inc. is een Belgische dance-act, bestaande uit producers Regi Penxten, Filip Vandueren en zangeres Linda Mertens."

Maar Milk Inc. is ook een fenomeen. Een heel raar fenomeen, want eigenlijk - in tegenstelling tot het werk van Regi als producer - alleen wereldberoemd in Vlaanderen en Nederland. Milk Inc. is ook een van de enige dance acts het tot Rock Werchter heeft geschopt, in 2009 (review hier). Dat Milk Inc. zo'n prestigieuze slot kreeg op een van de belangrijkste rockfestivals in Europa schoot de politiek correcte smaakpolitie behoorlijk in het verkeerde keelgat. Maar net als vele anderen in Werchter toen, zat ik vorig jaar rond deze periode in het Sportpaleis met mensen die complexloos uit hun dak wilden gaan op aanstekelijke, pretentieloze popmuziek.

En vorig jaar - het vijftienjarig jubileumfeestje - was het zo goed dat ik gewoon gisteren terug ben gekeerd. Regi en Linda hebben namelijk sinds 2006 de gewoonte jaarlijks een paar optredens voor een uitverkocht Sportpaleis te doen. En ja hoor, hoewel de setlist dit keer niet uit de grootste hits bestond - al bij al zou dat ook een beetje flauw zijn, met vorig jaar nog een greatest hits party - heb ik me weer uitstekend geamuseerd. We stonden ook op de beste plaatsen, achteraf gezien. In het midden van de zaal stond een loopbrug die halfweg het concert de hoogte inging en begon traag rond te draaien. Met Linda en Regi erop! Linda, die zonder meer een van de beste stemmen van het land is, en net als haar compagnon de route Regi gewoon heel erg schattig en oprecht enthousiast is. En die ik recht in de ogen kon kijken toen ze later het publiek in liep en die ik zodoende had kunnen aanraden.

Milk Inc is misschien niet cool, maar is eerlijke pop, op en top ambiance gegarandeerd, en we zouden er wat trotser op mogen zijn. Een stuk of dertig hits hebben ze al, met 'Walk On Water' (uit 2000 al - klik op de link om een indruk te krijgen van hoe dat live klinkt!) als de grootste. Duizenden mensen die uit één keel "I would walk on water just to be with you, Walk on water just to be with you Split the ocean, cross the sea, Walk on water if you believe" brullen, het is bijna een religieuze ervaring. :-) Topconcert!

zondag 7 oktober 2012

Vijftig tinten grijs - E.L. James


De laatste recensie dateert alweer van eventjes terug maar hier is er nog eens eentje.

“Fifty shades of Grey" van E.L. James is een internationale bestseller - 40 miljoen verkochte exemplaren wereldwijd, de film komt er in 2014 - maar weinig mannen hebben zich aan de lectuur ervan gewaagd. Ik wou wel eens waarom het zo'n fenomeen is. Enkele lukrake citaten geven een goed idee van het niveau:

- Zijn grijze ogen kijken me nieuwsgierig aan. Shit, shit, shit! Waar gaat dit over? Hij zet zijn ellebogen op de armleuningen en plaatst zijn vingers voor zijn mond. Zijn mond... leidt me erg af... Ik slik.

- Hoe komt het dat hij me zo van mijn stuk kan brengen? Komt het door zijn overweldigende knapheid? De vurigheid waarmee hij me aankijkt? Of is het de manier waarop hij met z’n wijsvinger over z’n onderlip streelt? Laat hem daarmee stoppen.

- ‘Ik zou graag op die lip van je bijten,’ fluistert hij donker.

- Hij lacht en ontbloot zijn perfect witte tanden. Mijn adem stokt. Hij is echt knap. Dat zou verboden moeten worden.

- De lucht is beladen met een elektrische, opwindende verwachting. Ik begin sneller te ademen en m’n hart gaat tekeer. Hij draait zich naar me toe, zijn ogen zo donker als leisteen. Ik bijt op mijn lip.

‘Anastasia, niet op je lip bijten. Het leidt me af. Je weet niet wat je zegt.’

- ‘Waarom ik dan? Ik begrijp het echt niet.’

- Christian ziet er koel en kalm uit – eigenlijk ziet hij eruit om op te eten. Hij heeft een los vallende, wit linnen blouse aan en een spijkerbroek, geen schoenen of sokken. Z’n ongekamde haren zitten warrig en z’n ogen twinkelen vervaarlijk. Hij is vreselijk knap. Hij staat op en slentert naar me toe, een geamuseerde, taxerende blik op zijn mooie gebeeldhouwde lippen.

- Ik laat de adem die ik heb ingehouden weer gaan. Waarom is hij zo vreselijk lekker? Nu wil ik bij hem onder de douche gaan staan. Ik ben nog nooit zo weg van iemand geweest. De hormonen gieren door m’n lichaam. Mijn huid tintelt op de plekjes waar zijn duim me streelde, mijn mond, mijn onderlip. Ik wil kronkelen van behoeftig, pijnlijk... ongemak. Ik begrijp zijn reactie niet. Hmm... verlangen. Dit is verlangen. Zo voelt dat.

- ‘Dat heb ik je al gezegd, Anastasia. Er is iets bijzonders met jou. Ik kan niet bij je weg blijven.’ Hij glimlacht ironisch. ‘Zoiets als een mot bij een kaars.’ Zijn stem wordt donkerder. ‘Ik verlang heel sterk naar je, vooral nu, nu je weer op je lip bijt.’ Hij haalt diep adem en slikt.

- Mijn maag maakt een salto: hij wil me... op een verknipte manier, dat klopt, maar deze mooie, vreemde, perverse man verlangt naar me.

En zo gaat het maar door. Zucht.

... Of Christian echt zo pervers is, zal ik nooit te weten komen... of wat hem eigenlijk zo aantrekkelijk gaat ontgaat me ook een beetje. Na een kwart van het boek denk ik ook niet meer dat ik het echt wil weten. Dus je zult het zelf moeten ontdekken.

Ikzelf heb het opgegeven en ben begonnen aan het non-fictieboek "Jezus van Nazaret" van Paul Verhoeven. De eerste twee hoofdstukken zijn alvast behoorlijk interessant.

zondag 15 juli 2012

The Boyfriend List - E Lockhart (2005)


vertaald in het Nederlands: "15 Jongens, 4 kikkers & ik"
traduit en Français: "La fabuleuse histoire de la mouche dans le vestiaire des garçons"

The reason why I started reading this novel is a story on its own right. I litteraly stumbled upon it in the main hall of our building. After trying to get it back to its owner, I ended up reading it myself. I admit that the cover with the frog was one of the reasons to open it. The book turned out to be very entertaining, and I had lots of fun with it during my trip to Istanbul last year.

I’ve waited almost a year to write about this book, but I recently discovered that it has been followed by three sequels, The Boy Book (2006), The Treasure Map of Boys (2009), and Real Live Boyfriends (2010). These four novels are also known as the Ruby Oliver novels, based on their central protagonist. All of them I’ve read on my Kindle, and all of them are still very amusing. Ideal traveling/holiday literature.

"The Boyfriend List" can probably be discribed as chick flick, or a young adult book. I don’t care. I enjoyed it a lot, just as I did before with The Secret Diary of Adrian Mole, Aged 13¾ (1982) by Sue Townsend - and as I am typing this, I see that that book had sequels too! Back to The Boyfriend List. Poor Ruby "Roo" Oliver has had a miserable ten days. Not only did she lose her boyfriend to her (no longer) best friend, but she also got caught kissing said (ex) boyfriend, earning the reputation of a megaslut and social outcast ("leper") at Tate Prep, the private school she's attended on scholarship since kindergarten.

Ruby's also suffered from five panic attacks in this time period, which is why she started seeing Dr. Z., her psychologist. As part of therapy, Ruby is asked to write a list of every boyfriend or crush she has ever had. Wanting to be as complete as possible, Ruby has everyone from her preschool playmate to her first kiss (courtesy of 'spin the bottle') to her only actual boyfriend, on the list. Unfortunately, Ruby's former best friend, Kim, finds a rough draft of the list, Xeroxes it, and gives a copy to every student in school. You can use your imagination to figure out what kinds of rumors get started from a list like that.

Ruby Oliver is the most realistic "teenager" I've read in a long time. She is very witty, yet naive about human nature, and readers can feel Ruby's pain with her as she learns how to deal with a broken heart and stand tall in the face of false rumors. There is some mild profanity from time to time and lots of talk about boobs, but nothing graphic or shocking.

Each chapter of The Boyfriend List covers a boy from the list (there are fifteen total), while also taking readers through Ruby's history with her ex-boyfriend, Jackson Clarke, and Kim, who started dating Jackson three short days after he abruptly broke up with Ruby. This book is written from Ruby's frank first-person perspective, with tons of explanatory/neurotic footnotes peppered throughout. For example, in relating the time the uber-popular Katarina tells Ruby about walking in on Jackson and Kim in the buff at a party, readers will find the following footnotes annotated within three paragraphs:

"10. What? She thought I'd seen Jackson's thing, as in penis thing? And she thought I'd like to hear that she thinks I've seen it?
I swear, I have no understanding of other human beings. Being a leper suits me perfectly, if my only other choice is being friends with Katarina.

11. Heidi must have seen it! Otherwise, why would Katarina think I had seen it? She must think penis viewing is the norm for Jackson's girlfriends.

12. So Jackson was getting naked with Heidi and with Kim. But not with me.

13. Why not with me? Did he not like me as much as those other girls? Was I less attractive than them? Ruby Oliver, not the kind of girl you'd want touching your penis. Ruby Oliver, not exciting enough to try and get her pants off. Ruby Oliver, good enough to kiss, but not good enough to get naked with..."

As you can see, Ruby has the same doubts and insecurities as most teenagers, and I believe that reading how she works through them could be beneficial for teens. That's not to say that Ruby ends the book with everything peachy keen, but she does show significant growth, which Lockhart enhances over the next books in the series. Enjoy!

zondag 27 mei 2012

Komt een vrouw bij de dokter - Kluun (2003)


Published in English: Love Life, by Ray Kluun
Publié en Français: En plein coeur, par Ray Kluun

Dit boek las ik om twee redenen. Omdat een collega mij eerder al Haantjes aanbeveelde, een recenter werk van hem, en omdat ik de titel intrigerend vond. De titel van Kluuns 'Komt een vrouw bij de dokter' (2003) klinkt als de aanhef van een mop.

Zo is het ook bedoeld, maar de voornaamste thema’s zijn liefde, vreemdgaan en … Kanker. Hoewel de recensenten het boek hebben neergesabeld als rauw, oppervlakkig en bij momenten ronduit plat, raakte het boek bij het publiek toch een gevoelige snaar en werden van de roman meer dan één miljoen exemplaren van over de toonbank verkocht: dat maakt het tot het populairste Nederlandstalige debuut aller tijden, en zo’n beetje de best verkochte Nederlandse roman tout court, naast “De ontdekking van de hemel” van Mulisch en “Turks fruit” van Wolkers. Dat er een filmversie gekomen is in 2009, zal aan die verkoop ook wel geen kwaad gedaan hebben maar ik wou het dus over het boek hebben – dat veel en veel beter is. Het boek won overigens, drie jaar nadat het uitkwam, de Publieksprijs voor het Nederlandse Boek 2006.

Het verhaal is een gedramatiseerde autobiografie van wat Kluun (Raymond van de Klundert) en zijn vrouw Judith meemaakten toen zij kanker kreeg en daaraan uiteindelijk overleed, in 2001. Het boek, dit boek, maakt deel van zijn verwerkingsproces.

Het verhaal gaat zo ongeveer als volgt: Stijn houdt van het leven en het leven houdt van hem. Stijn heeft een eigen zaak, een prachtige dochter en de mooiste vrouw van de hele wereld. Dat hij af en toe van andere vrouwen geniet hoeft zijn Carmen niet te weten. En bovendien, zijn hart is van Carmen, dus wat maakt het uit. Hij is on top of the world. Hij heeft het gemaakt. Maar dan slaat de borstkanker toe. Stijns wereld stort in. Carmen en Stijn komen terecht in een rollercoaster van ziekenhuis in, ziekenhuis uit, chemokuren en bestraling. Maar hij is er voor haar. Altijd. Hoe vreselijk moeilijk dat ook is. Tussen de chemo’s door doen ze of er niks aan de hand is. Hoewel hij trouw alle doktersbezoeken, therapieën en behandelingen samen met zijn vrouw bezoekt, verslindt hij 's avonds en 's nachts - terwijl Carmen thuis is - de ene na de andere scharrel. De vrijdagse stapavondjes van Stijn worden snel weer in ere hersteld. Hij vlucht in drank, drugs en uitgaan. En dan is er Roos. Zomaar. Onaangekondigd staat ze tijdens carnaval voor zijn neus. Ze wordt zijn kankervrije oase, waar hij de kilte van thuis even kan vergeten.

Het boek beschrijft heel treffend de emoties en de aftakeling die gepaard kunnen gaan met iemand die weet dat ze aan kanker gaat overlijden, en hoe haar omgeving erop reageert. Maar het geeft ook op een pijnlijke wijze weer hoe vreemdgaan niet zo zwart-wit is als het lijkt. Het feit dat iedereen weet dat dit een autobiografisch boek is, maakt het bij momenten een zeer exhibitionistisch boek, en meermaals had ik last van plaatsvervangende schaamte.

Kluun “Je vrouw bedriegen terwijl ze stervende is aan borstkanker: 't is nou niet meteen iets waar je punten mee scoort op verjaardagsfeesten. Trots ben ik er ook niet op, kan ik je vertellen. Maar het is wel een thema dat veel westerse dertigers en vroege veertigers aanspreekt, omdat het raakt aan een dilemma waar ze zelf mee kampen.” (Humo)

Los van de vlotte en soms grappige schrijfstijl, werd ik vooral getroffen door de onderliggende boodschap dat je van het leven moet genieten zolang het duurt, want het kan snel over zijn. Die twee elementen ontbreken een beetje in de film, en wat overblijft is een vrij doordeweeks kankerverhaal. Het boek kreeg een vervolg, “De Weduwnaar”, en is zeker ook de moeite waard. Ook “Haantjes” is leuk, maar geheel kankervrij en dus minder pakkend. Opletten om niet constant in de lach te schieten als je dit op de trein leest.

donderdag 17 mei 2012

Tirza - Arnon Grunberg (2006)


"Hoi, dit is Tirza. Ik ben er even niet. Maar laat maar een leuk berichtje achter."

Tirza is zo'n boek waarvan ik het lezen lang had uitgesteld. Omdat de titel me me niet aanstond, omdat de schrijver, Arnon Grunberg mij een beetje een eikel leek, en omdat het een dik en moeilijk boek leek dat ook naar stijl een meesterwerk werd genoemd. Gerard Reve, Harry Mulisch en Hugo Claus schrijven/schreven ook zo'n boeken en ik heb er nog niet één uitgelezen. Ik beken.

Maar ik heb me wat beter geïnformeerd. Arnon Grunberg (geboren in 1971) is in Nederland, wat Tom Lanoye is in Vlaanderen: alomtegenwoordig. Hij schrijft columns in zowat alle relevante bladen. Hij is journalist, prozaïst, dichter, theaterauteur en ruziemaker. Het lijkt er wel op dat alles wat hij aanraakt in goud verandert. Grunberg wint de ene literaire prijs na de andere en ook voor Tirza heeft hij de Gouden Uil, de belangrijkste Vlaamse literaire prijs, in de wacht weten te slepen, net als de Librisprijs 2007 (waar Robert Vuijsje met zijn Alleen maar nette mensen ook bijna mee aan de haal is gegaan, in 2009). Velen noemen hem de meest briljante Nederlandse schrijver van dit moment.

Het lezen van Tirza stelt gelukkig niet teleur, want schrijven kan hij inderdaad. Grunbergs stijl is onnadrukkelijk en vloeiend. En wat het zo'n sterk boek maakt, is dat je echt in het hoofd kruipt van het hoofdpersonage. De situaties waarin hoofdpersonage Jörgen Hofmeester terecht komt, worden door Grunberg genadeloos beschreven. Als je Tirza leest, bekruipt je geregeld een gevoel van gêne.

Jörgen Hofmeester is vader van twee dochters, redacteur buitenlandse fictie bij een gerenommeerde uitgeverij, enkele jaren geleden verlaten door zijn vrouw, maar wonend in de beste straat van Amsterdam nabij het Vondelpark. Zijn oudste dochter woont inmiddels in Frankrijk, zijn jongste en oogappel, Tirza, woont samen met hem in het prachtige herenhuis, maar zij heeft net haar eindexamen gehaald en staat op het punt een grote reis naar Afrika te maken. Echter eerst wordt er een groot examenfeest georganiseerd en vlak daarvoor vallen wij als lezers in het verhaal: “Jörgen Hofmeester staat in de keuken en snijdt tonijn voor het feest”. Tot zover niks aan de hand. Ware het niet dat een paar dagen voor het feest Hofmeesters vrouw, consequent aangeduid als `de echtgenote', plotseling weer `thuis is gekomen'. De beschrijving van het feest beslaat quasi de helft van de pagina's van het boek maar is meesterlijk. Doordat de scènes zo op de huid geschreven zijn, haast exhibitionistisch, voel je je als lezer een beetje een gluurder.

Hofmeesters gemoedstoestand zit tegen het overspannene aan, met name omdat hij erg opziet tegen het vertrek van Tirza. Hofmeester wekt de nodige deernis, niet in de laatste plaats omdat hij een beetje sukkelig is. Intussen zijn we te weten gekomen dat hij op zijn werk overbodig is verklaard en tot aan zijn pensioen niet meer naar kantoor hoeft te komen maar wel doorbetaald krijgt, omdat dat goedkoper is dan een ontslag. Maar omdat hij dit beschamend vindt en het niemand wil laten weten, verlaat Hofmeester toch elke ochtend met zijn aktetas onder de arm het huis. Hij brengt zijn dagen door op Schiphol waar hij een ritueel heeft ontwikkeld voor het verwelkomen en uitzwaaien van zogenaamde bekenden bij de Aankomst- en Vertrekhal. En het ergste is dat het voor hem eigenlijk geen verschil maakt of hij nu naar de uitgeverij of naar de luchthaven gaat. Ook is duidelijk geworden dat hij veel geld is verloren door te beleggen in een risicovol hedgefund bij een Zwitserse bank, waar hij stiekem zijn zorgvuldig bij elkaar geschraapte centjes eens per jaar heen bracht.

Meer vertellen over het verhaal zou zonde zijn, maar ik hou het erop dat "Tirza" een psychologische roman is over een vader-dochterverhouding met donkere kantjes, maar ook over desillusie, geweld, seks. Jörgen Hofmeester is geen vrolijke vent. Een echte loser, eigenlijk. Hij weet niet zo goed hoe hij contact moet leggen met mensen, hoewel hij dat graag zou willen. Doordat alles zich in het hoofd van Hofmeester afspeelt - een beetje zoals bij "Hersenschimmen", van J. Bernlef, een prachtig boek ook - lopen realiteit en fantasie in de roman door mekaar heen. Veel actie is er niet, maar je vraagt je halfweg in het boek wel af wàt het juist is wat er zo erg fout aan het gaan is, en waarom. En het blijft ook achteraf moeilijk om het uit te leggen. Maar wie doorleest tot het eind wordt daar voor beloond: de plot zindert na.

Ik weet nog altijd niet of Grunberg een sympathieke kerel is, maar eerlijk gezegd is dat niet erg. Ik ben heel blij dat ik het boek eindelijk heb gelezen. Het is een akelig beeld van de samenleving, waarmee Arnon Grunberg u kwetsen komt.

(également paru en FR, en 2009 - not yet translated in English)

De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween - Jonas Jonasson (2010)


Oorspronkelijke titel: "Hundraåringen som klev ut genom fönstret och försvann"

Vertaald in Frans "Le vieux qui ne voulait pas fêter son anniversaire"
Vertaald in het Engels "The Centenarian Who Climbed Out The Window And Disappeared"


Jonas Jonasson (geboren in 1961) weet nog precies hoe hij zich voelde toen hij in 1994 de film Forrest Gump zag. Want het verhaal van de simpele ziel die puur toevallig betrokken raakt bij al die grote gebeurtenissen, zo'n verhaal had hij net ook bedacht! Maar hij had het gewoon veel te druk om het ook nog eens te schrijven. Vijftien jaar later deed hij het alsnog en werd het het bestverkopende debuut ooit in Scandinavië, nog voor "Mannen die vrouwen haten" van Stieg Larsson. Het boek ging 750.000 keer over de toonbank in Zweden, terwijl daar nog geen tien miljoen mensen wonen. Het boek leest alsof de scenaristen van Benidorm Bastards de vorige eeuw hebben willen samenvatten tot een roadmovie, maar het deed me evengoed denken aan de verhalen van die andere Zweedse, Pippi Langkous, dankzij de vrolijke, anarchistische toon.

Het verhaal gaat als volgt: Allan Karlsson wordt 100 en dat wordt groots gevierd in het bejaardentehuis, behalve dan dat de jarige in kwestie het op zijn heupen krijgt en net voor de start van het feest, tot ontreddering van pers en burgemeester, verdwijnt. Op zijn pantoffels loopt Allan naar het busstation waar hij de eerste de beste bus pakt, maar niet voordat hij de koffer van een crimineel in handen krijgt. Het is het begin van een roadtrip door Zweden met achtervolgingen en een bonte club figuren die zich gaandeweg rondom Allan verzamelt. Dat leidt tot vreemde taferelen zoals een grote bus waarin naast Allen zelf een roodharige oude taart zitten die Schoonheid wordt genoemd, een crimineel of twee en niet te vergeten Sonja, de olifant.

Tijdens zijn tocht blikt Allan ook terug op zijn eerste honderd levensjaren, waarin hij meer blijkt gedaan te hebben dan de gemiddelde bejaarde. Zo was hij betrokken bij een grote hoeveelheid historische gebeurtenissen, zoals de ontwikkeling van de atoombom, de Spaanse burgeroorlog, de Chinese revolutie, roerige tijden in Iran, het Stalintijdperk etc. Hij ontmoette daarbij o.a. Stalin, Franco, Kim Il-Sung, Mao Zedong, Charles de Gaulle, Harry S. Truman, Lyndon B. Johnson en Richard Nixon, en beïnvloedde hen allemaal! Realistisch is het dus allemaal niet, maar de redenen die de schrijver heeft bedacht voor Allans toevallige aanwezigheden hier en daar zijn niet geheel ongeloofwaardig. Het is ook een test voor je eigen kennis van de geschiedenis - wat me ook heel sterk aantrok in het boek.

Het boek is spannend, absurd en doorspekt met (zwarte) humor. Het is ook een uiterst visueel boek, en het mag dan ook niet verbazen dat er een filmversie komt. In de zalen eind 2013. Maar ik zou u lezer er niet mee lastig vallen als ik het boek ook niet de moeite vond, natuurlijk. Afhankelijk van de uitgave telt het boek een 350-tal pagina's. Ik heb het boek op mijn e-reader uitgelezen, in minder dan een week. Een feelgood boek voor tussen het zwaardere werk door.

woensdag 16 mei 2012

The book of General Ignorance - John Lloyd en John Mitchinson (2006)


Dit boek las ik in het Engels, maar je vindt het ook in andere talen, met titels als “het grote boek van foute feiten”, “Les autruches ne mettent pas la tête dans le sable: 200 bonnes raisons de renoncer à nos certitudes”, en “Het grote boek van nutteloze kennis”. Het was een verrassende bestseller in de UK met Kerst 2006, en werd zelfs “number one Global bestseller for Christmas 2006” bij Amazon.

Het boek is het eerste deel van een reeks boeken gebaseerd op de laatste ronde van de Britse quiz QI. De makers van dit boek zijn ook verantwoordelijk zijn voor de vragen van die ontregelende kennisquiz. In QI worden steevast de vragen gesteld waarop vrijwel iedereen meteen het antwoord paraat heeft. Zaken waar iedereen het antwoord wel op denkt te weten, maar die in de praktijk toch anders blijken te liggen.

In dit boek vind je dus niet zozeer een slordig bij elkaar geharkte bak nutteloze trivia, maar meer feiten die kennis onderuit halen die je dacht te hebben. Zaken die je als vanzelfsprekend voor waar aannam, en die helemaal niet blijken te kloppen. En dan wordt het ineens een bijzonder intrigerend boek waarin algemeen bekend veronderstelde kennis vakkundig onderuit wordt gehaald.

Dacht je bij voorbeeld dat Hendrik VIII zes vrouwen had, dat de aarde maar één maan heeft, Bangkok de hoofdstad van Thailand is, dat struisvogels hun kop in het zand steken, dat het grootste levende wezen ter wereld een walvis is, dat whisky en doedelzakken typisch schots zijn, of dat de Mount Everest de grootste berg ter wereld is, dan kan ik je dit boek absoluut aanraden.

Het boek bevat 230 vragen en evenveel antwoorden. Je kunt het dus aan je eigen tempo lezen en zaken overslaan. Maar waarom zou je dat doen? Na het lezen van dit vermakelijke en informatieve boek kun je immers op feestjes en op café alle vervelende, frustrerende betweters van deze wereld weer eens lekker op hun nummer zetten, of je kunt natuurlijk zelf een partijtje gaan bluffen. Succes verzekerd!

dinsdag 15 mei 2012

Het zijn net mensen - Joris Luyendijk (2006)


Translated in English: “People Like Us: Misrepresenting the Middle East”
Traduit en FR: “Des hommes comme les autres : Correspondants au Moyen-Orient”

"Het zijn net mensen" is een non-fictieboek uit 2006 dat me werd aangeraden door mijn Bozar-collega Betul. De ondertitel van het boek luidt Beelden uit het Midden-Oosten. Het handelt over de verslaggeving in het Midden-Oosten, die volgens hem onmogelijk objectief kan zijn.

Luyendijk ontving voor dit boek in 2006 de Dick Scherpenzeelprijs en in datzelfde jaar werd hij uitgeroepen tot Journalist van het Jaar. In 2007 won hij de NS Publieksprijs en in 2010 de Prix des Assises du journalisme; de eerste keer dat deze prijs naar een niet-Fransman ging. Bij ons is Luyendijk (geboren in 1971) vooral bekend van de VPRO-interviewprogramma’s Zomergasten en Wintergasten..

In het boek doet Luyendijk verslag van zijn werkzaamheden als correspondent voor het Midden-Oosten in de periode van 1998 tot 2003. Hij werkte destijds voor de dagbladen de Volkskrant en NRC Handelsblad en voor de nieuwsjournaals van Radio 1 en de NOS. Zijn standplaatsen in die periode waren achtereenvolgens Caïro, Beiroet en Oost-Jeruzalem.

Hij sprak met stenengooiers en terroristen, met taxichauffeurs en professoren, met slachtoffers, daders en hun familie. Hij ondervond aan den lijve dictatuur, bezetting, terreur en oorlog. Hoe meer hij meemaakte, hoe verbaasder hij raakte. Wat gaapte er een kloof tussen wat hij als correspondent ter plekke waarnam, en wat hij daarvan terugzag in de media! In “Het zijn net mensen” laat Luyendijk met pakkende voorbeelden en vol humor zien hoe de media ons een zowel door 'daders' als door 'slachtoffers', maar ook door de internationale media gefilterd, vervormd en gemanipuleerd beeld van het Midden-Oosten geven.

De schrijver komt tot de conclusie dat een alomvattende duiding van de veelvuldige conflicten in de betreffende regio onmogelijk is. Het 'nieuws' wordt soms door op scoren beluste journalisten en filmploegen in scène gezet, en ook de 'benadeelde partijen' werken hier gretig aan mee. Een grote rol wordt gespeeld door de persvoorlichters, ook wel 'talking heads' genoemd, die verantwoordelijk zijn voor de gefilterde en gekleurde voorlichting. Duidelijk wordt dat de geoliede pr- en propagandamachines van de rijkere landen de overhand hebben in de media-oorlog, een term die Luyendijk ook veelvuldig gebruikt (Ook de term “deadline” wordt er trouwens geduid).

In vlotte stijl en rijk voorzien van anekdotes probeert de auteur in dit boek duidelijk te maken hoe journalistiek werkt. Nieuws is wat afwijkt van het gewone, maar als alleen de afwijking getoond wordt, gaat men dat aanzien voor het alledaagse. Een correspondent kan verschillende verhalen vertellen, maar de media kunnen er maar een weergeven. De auteur toont met tal van voorbeelden aan waarom hij meent dat het onmogelijk is om te weten wat er werkelijk speelt in dictaturen. Wat leven in een dictatuur inhoudt, laat zich niet beschrijven en nog minder in beelden vatten.

De anekdotes in het boek zijn voor een stuk gedateerd: inmiddels is er de Arabische lente geweest en zijn er prille democratieën tot stand gekomen. Misschien – je mag het hopen - dat die de gang van zaken wat hebben veranderd. Maar wat zeker overeind blijft, en wat mij uiteindelijk heel erg heeft aangesproken, is de fundamentele stelling dat je in het Midden-Oosten over grote vraagstukken zo moeilijk zinnige dingen kunt zeggen. Wat dat betreft mag je hopen dat dit boek gelezen zal worden door iedereen die - net als ik - altijd een kant-en-klare mening of oplossing heeft gehad voor de conflicten in het Midden-Oosten.

Ik zou zeggen, begin er maar aan.

Alleen maar nette mensen, Robert Vuijsje (2008)

Niet te verwarren met: "Het zijn net mensen", van Joris Luyendijk. Die behandel ik binnenkort.

Een jaar geleden heb ik mijn tante een boek geschonken dat recent een paar prijzen had gewonnen, waaronder de Gouden Uil in 2009. Het boek stond ook op de schortlist van de Libris Literatuurprijs (Dimitri Verhulst won dat jaar). Het boek ging naar verluidt over multicultuur, en de auteur leek me een charmante man met een leuke naam: Robert Vuijsje. Zelf het boek niet gelezen, maar met zulke referenties moest het wel goed zijn, zeker? Wat schetst mijn verbazing toen ik het boek uiteindelijk zelf aanvatte?? Het boek staat vol van de seks!

Zo begint het: “Dag schoonheid”, zei ik. “Ik ben David. Wie ben jij?” “Wie ik?”, vroeg ze. “Hier, kijk op mijn tanden.”

Zo eindigt het: “Ik zei: “Dat lijkt me een strak plan”.

Daartussen: een hilarische dwarsdoorsnede van de smeltkroes Amsterdam, gezien door de ogen van David Samuels.

David is een Marokkaans-uitziende Jood, wonend in Oud-Zuid in Amsterdam, een buurt waar “alleen maar nette mensen” wonen, lees: geen allochtonen. Zijn ouders hebben geld. Hij is 21, en met zijn diploma middelbaar onderwijs op zak kan hij zo naar de universiteit, maar David wil wat anders. Hij wil graag naar bed met intellectuele negerinnen met flinke tieten. Maar bestaan die wel? Zal David gelukkig worden met Rowanda, de Bijlmer-queen die met twee gouden tanden bijna zijn oor eraf bijt? Of moet hij gelukkig zijn met Naomi, die komt uit hetzelfde milieu waarin hij is opgegroeid?

Vuijsje belicht onze multiculturele samenleving vanuit de allochtonen zelf: het lijkt op het eerste gezicht een verhaal dat alleen om seks draait, het boek leest als een trein en qua stijl loert de vergelijking met Brusselmans achter de hoek, maar er is meer aan de hand. Eén voor één worden verschillende groeperingen en clichés onder de loep genomen, te beginnen bij het bekakte blablamilieu van David zelf. Het is een tragikomisch boek, waarin een adolescent zoekt naar de zin van het bestaan, en er vooral probeert achter te komen bij welke groep hij nu eigenlijk hoort.

Het is een grotendeels autobiografisch boek, zo'n boek waarvan je aanvoelt dat de auteur gewoon geen keuze had: dit verhaal moest hij kwijt. De schrijfstijl is jongerentaal en dus geen spek naar ieders bek. Ik daarentegen heb van dit boek genoten: omdat ik een grote fan van tieten ben uiteraard, een ook omdat de schrijver op briljante wijze weerheeft hoe hij heeft ondervonden dat iemand van een compleet verschillende culturele achtergrond heel aantrekkelijk is, maar niet simpel om een relatie mee uit te bouwen. En omdat uiteindelijk alles goed komt...

Een aanrader!

PS. Het boek wordt momenteel verfilmd met Jeroen Krabbé, Annet Malherbe en Geza Weisz in de hoofdrollen. In oktober 2012 komt hij in de zalen.